Bron:  tc tubantia

HENGELO - Scouting blijft in ban van het zenden, maar hoe lang nog?
Bart (17) en Rob (15) hebben meer op met computers dan met de wereld van de radiozendamateurs. De twee scouts van de Dr. Ariëns Ingrid Scoutinggroep uit Hengelo-Zuid kunnen niet uit hun woorden komen als drie belangstellende Needse meiden van de Pakaweversgroep hen via de twee meter band uitnodigt iets over zichzelf te vertellen. "Ík ben Bart" en "Ik ben Rob" , klinkt het door de ether nadat Needse Joyce een heel verhaal over een kamp in Doetinchem heeft verteld. Herhaalde pogingen van Joyce, Monique en Linda om de Hengelose knapen aan het praten te krijgen hebben niet het gewenste resultaat. Waarna zendamateur Jos Dikkers, die de verbinding via de twee meter-band tussen Hengelo en Neede tot stand heeft gebracht, noodgedwongen het contact verbreekt. "Een kwestie van microfoonangst", licht Andre Morskieft van de scoutinggroep toe. "Ze durven niet goed een gesprek aan te knopen met een willekeurig iemand."

Het is duidelijk, JOTA oftewel Jamboree In The Air is niet aan iedereen besteed. De meeste jongeren voelen zich meer thuis achter de computer. "Lekker anoniem", verklaart Irene van 16 terwijl ze onder de nickname Boterbloempje aan het chatten is met een leeftijdsgenootje. Veel inhoud heeft het gesprek niet, maar dat hoeft ook niet. De belangrijkste doelstelling van JOTA/JOTI is communiceren, ook via het internet.

Voor de leiding is echter het zenden via een radiofrequentie het summum van communiceren. Misschien ook wel omdat dat de nodige voorbereidingen vergt. Hugh de Haan en de andere medewerkers van Scoutinggroep Sint Christoffel, die haar blokhut nabij het Weusthagpark in Hengelo-Noord heeft staan, hebben daags voor de JOTA peentjes gezweet om de bedrading via de blokhut en de mast in goede banen te leiden. Die mast is zo'n 24 meter hoog en dat is absoluut het minimum omdat anders de aan de mast bevestigde antenne niet boven de omringende bomen uitsteekt. Want zonder lange mast geen radiocontact. De wirwar van draden geeft aan dat je er wat voor over moet hebben om je in de wereld van radioruis je weg te vinden. Voor de leiding is dit gebeuren namelijk even spannend als voor de jeugdige scouts zelf. De Haan laat niet zonder trots zien dat de afgelopen uren vanuit de blokhut onder meer contact is gelegd met het Aziatische deel van Rusland, de VS, Cyprus en Malta. In Nederland mag de interesse dan meer en meer naar het internet verlegd zijn, voor veel andere landen geldt dat niet. De Haan: "Vooral in Oost-Europa maar ook in de Verenigde staten wemelt het van de radiozendamateurs. Vorig jaar had een scout bij ons zelfs Japan aan de radio. Dat was een geweldige ervaring." Die passie hopen hobbyisten als Mark de Haan en veel anderen op de jeugd van tegenwoordig over te brengen.